Terwijl ik onder de douche sta denk ik aan een jaar geleden. Toen ook onder de douche. Dromend, warme waterstraal in mijn nek, mijn arm leunend op m’n buik. Gewiebel. 15 december 2014 en precies 40 weken zwanger.
Iedereen zei dat ze eerder zou komen. Ze konden het allemaal zien. Aan mijn buik, aan mijn gezicht, omdat het een meisje was of de stand van de maan. Jaja. Uitgerekende datum en nog niks. Alleen maar gewiebel. Dit meisje zit nog prima.
Nog eventjes en dat hoort dit wezentje ineens bij ons. Dan is dit gewiebel in mijn buik ineens een echt persoon in een wiegje. Hoe zal het zijn? Hoe zal het gaan? Hoe gaan we dat in vredesnaam doen? Kan ik het eigenlijk wel? En dan die bevalling. Hoe ga ik dat overleven?Zoveel spanning in die laatste weken. Wetende dat het elk moment kan gebeuren. Dat binnen nu en 24 uur je hele leven op zijn kop kan staan en er geen weg terug is. Nieuwsgierig naar wat komen gaat, naar dat kleine koppie. Hoe zal ze er uit zien? Hoe zal ze zijn? Wachten duurt zo lang. Maar tegelijkertijd is het ook wel fijn dat kleintje nog even in je buik. Dat gerommel, haar zo dichtbij je. Nog niet helemaal klaar om los te laten.
Alweer een jaar geleden. En de clichés kloppen, ik kan me geen leven zonder Kate voorstellen. Ze is niet meer weg te denken, alsof ze er altijd al was. Het kamertje waar ik een jaar geleden nog dromend in de schommelstoel zat. Alles klaar, gewassen en gestreken, wiegje opgemaakt. Het is nu het kamertje waar vanuit ze me elke ochtend, staand in haar bed, roept als ze wakker is. En waar ze nog niet zo lang geleden kirrend in de box lag staat nu een tafeltje waar ze puzzeltjes ‘maakt’ en boekjes leest. Waar blijft de tijd?
Uiteindelijk heeft ze me nog vier dagen laten wachten. 19 december 2014, 40 weken en 4 dagen.Ik zet de kraan uit, pak een handdoek, weer even terug naar de realiteit. De komende dagen zit ik met mijn hoofd bij een jaar terug. Een eeuwigheid, maar nog maar zo kort geleden.
De mama van Kate